Moeraseik

De Moeraseik valt vooral op in het najaar als de loofboom zijn herfstkleur krijgt. Het blad van de Moeraseik is diep ingesneden en heeft aan beide zijden 3 tot 4 lobben. De bloei is onopvallend met katjes in de maand mei. De eikels rijpen pas in het tweede jaar na bevruchting van de bloemen.

Bij de Germanen was de Eik aan de god Donar gewijd. Hij was de god van de donder en het onweer. Het is opvallend dat de bliksem vaker eiken treft dan andere bomen. Een verklaring hiervoor zou kunnen zijn dat eiken vaak op kruispunten van ondergrondse wateraders staan. Daarnaast is de eik een goede ‘geleider’ omdat deze vrij veel zetmeel bevat, diep wortelt en een ruwe bast heeft.

De eik was de Heilige Boom van de Kelten. Eens per jaar beklommen de Druïden, gekleed in witte gewaden, hun eiken, om met hun gouden sikkels de maretakken er uit te snijden. Takken die naar beneden vielen, werden in witte doeken opgevangen en onder het volk verdeeld. Een overblijfsel van dit oude gebruik is de Mistletoe/Maretakken die rond kerstmis de huiskamers versieren. Maretak is het symbool voor eeuwig leven, de bes voor de zon. Wie danst met zijn/haar geliefde onder de Mistletoe mag hem/haar zoenen!