Plataan

Over deze grote plataan op de hoek van de sloot gaat het verhaal dat deze met wortels en al eens is omgewaaid richting de pastorie. De boom zou met man en macht weer overeind gezet zijn, waardoor we er nu nog steeds van kunnen genieten.

De Plataan kan in West-Europa een lengte van 30 meter bereiken en wordt al sinds de oudheid gewaardeerd om de schaduw die zijn ruime bladerdak biedt. De boom wordt gekenmerkt door een afbladderende bast. De boom is uitstekend bestand tegen luchtvervuiling; de vervuilde bast laat uit zichzelf los. Tussen mei en juni komt de plataan in bloei en draagt dan geel-groene bloemetjes die vervolgens veranderen in stekelige, bolvormige bruine vruchten, die als kerstballen aan de boom hangen. De bloemen zijn erg in trek bij bijen en hommels. De jonge bladeren bevatten minuscule haartjes die loslaten als het blad zich openvouwt. Deze blaadjes kunnen irritaties van luchtwegen en ogen veroorzaken.

Platanen worden soms werkelijk stokoud en ontzettend dik. Een bekende Plataan zou al rond 350 na Chr. geplant zijn en heeft onderaan de stam een omtrek van maar liefst 23 meter. Binnenin deze boom bevinden zich een gebedsruimte en een ruimte met een altaar. De grootst bekende plataan van Europa staat in de buurt van Constantinopel en heeft een stamomvang van maar liefst 50 meter! Deze boom zou rustig 4.000 jaar oud kunnen zijn.